De organisatie biedt sinds 2020 de helpende hand aan (jonge) gezinnen die wat hulp kunnen gebruiken bij de opvoeding van hun kind. Twee soorten gezinnen kunnen aankloppen bij de stichting: vraaggezinnen en steungezinnen. Het principe is dat het ene gezin het andere gezin helpt; een vraaggezin vraagt hulp aan een steungezin.
De stichting ontlast hiermee de jeugdhulpverlening. "De gemeente zet buurtgezinnen in uit preventief oogpunt", zegt coördinator Esther Ham van Buurtgezinnen Zwijndrecht. Ze hebben in Zwijndrecht alleen wel een probleem. Ze krijgen namelijk veel meer aanmeldingen vanuit vraaggezinnen dan uit steungezinnen. "In principe is het ook zo dat we niet meerdere gezinnen aan elkaar koppelen." Hierdoor krijgen ze een disbalans. Ham hoopt daarom dat er meer gezinnen zich aanmelden als steungezin.
Alleenstaande moeder
Want dat zo'n gezin nodig is ervaart de 35-jarige Paniz. Twee en een half jaar geleden werd zij onverwacht alleenstaande moeder van haar zoontje Roman. Ze kwam via het consultatiebureau terecht bij Buurtgezinnen. "Ik heb zelf best een klein netwerk. Gescheiden ouders, een cultuurverschil. Ik kon niet terugvallen op familie of vrienden. Dat maakte het wat lastiger."
Al snel kwam er een steungezin voor haar die op zoek waren naar jonge babytjes. "Ik wist nog niet of het helemaal een match was", zegt Paniz. "Het voelde ook alsof je als moeder faalt als je je zoontje achterlaat. Maar tegelijkertijd wist ik ook dat het best veel was voor mij om alleen te dragen."
Verrijking en rust
Toch maakte ze de stap en is ze er heel blij mee: "Het is een hele andere gezinssamenstelling. Een getrouwd stel met twee geadopteerde kinderen. Ze zijn ook erg gelovig." Dat ziet ze niet als struikelblok, maar juist als een goede aanvulling. "Ik vind het wel weer mooi dat hij dat dus wel meekrijgt. Dat kerst niet alleen om bomen en cadeautjes gaat."
Ook is ze blij dat Roman wat meer structuur krijgt. "Zelf heb ik een turbulent leven gehad. Af en toe zit ik echt met mijn handen in het haar en dan krijg ik van hen wel echt opvoedtips." Paniz vindt zichzelf chaotisch en het steungezin heeft juist wat meer 'regelmaat'.
Geen gastgezin
Buurtgezinnen verschillen heel erg van gastgezinnen. Dit moet dan ook niet met elkaar verward worden. "Als gastgezin moet je een bepaalde pedagogische onderlegdheid hebben. Dat hebben wij niet", vertelt Stefanie (49), moeder van een steungezin. Wel kunnen buurtgezinnen een luisterend oor bieden: "Of we zeggen niks en luisteren alleen en kijken samen naar wie we kunnen met dit verhaal."
"Ik kan er niet op een professionele manier op reageren. Het is dan altijd: oh jee, hoe zou het zijn als het mijn dochter was." Stefanie ondersteunt nu met haar gezin een moeder en een dochter. "De moeder wil heel graag dat haar dochter ziet hoe het in een ander gezin gaat", zegt Stefanie. Samen met haar man en twee dochters spreken ze om de week met het vraaggezin af: "De moeder en ik kunnen heel goed met elkaar praten. Als je zelf geen sociaal netwerk hebt, dan is het super lastig om heel veel dingen te regelen".
Ze merkt op dat de dagelijkse bezigheden waar Stefanie zich druk om maakt, niet altijd als normaal wordt gezien. "Wij zijn druk met sporten, werken, studeren. Dat vinden wij normaal, maar dat is het dus niet." Ze vindt het mooi dat de gezinnen elkaar een beetje helpen.
Soms problemen
Het steungezin van Stefanie heeft een goede band met het huidige vraaggezin. In sommige gevallen kan het bij buurtgezinnen voorkomen dat de koppeling tegenvalt of dat er andere problemen zijn. "Soms is de overgang voor een kind van thuis naar het steungezin en weer terug lastig. Een kind kan bijvoorbeeld moeite hebben met het schakelen en daar verdrietig om worden", zegt Ham. De coördinatoren, zoals Esther Ham, moeten deze mogelijke problemen voor zijn en zo goed mogelijk oplossen.
Voor Ham is het, als er een goede koppeling is, belangrijk dat de gezinnen lang met elkaar verbonden blijven: "Wij hopen echt dat gezinnen in het contact groeien en meelopen in het leven".