Het is maart 2020. Kimberley is net begonnen met een nieuwe baan. Na haar derde werkdag biedt ze een collega aan hem thuis te brengen, omdat de band van zijn scooter lek blijkt. Bij aankomst vraagt hij haar nog mee naar boven voor een drankje. Ze zijn nog niet uitgepraat dus Kimberley stemt nietsvermoedend in. Eenmaal boven is ze door hem gedrogeerd, denkt ze. En daarna verkracht.
"Eerst wilde ik het niet aan mezelf toegeven", vertelt Kimberley. "Ik had de volgende dag al meteen het gevoel dat er iets niet klopte. Maar pas na een aantal uur kwam het besef en vertelde ik het met tegenzin aan mijn familie. 'Volgens mij ben ik verkracht', zei ik toen tegen hen."
De familie spoort haar meteen aan om aangifte te doen bij de politie. "Daar ben ik achteraf heel blij om", legt ze uit. "Ondanks dat het een heftig traject was en het niet tot een veroordeling heeft geleid, geeft het me wel rust omdat het me het gevoel gaf dat ik gehoord werd."
Nare reacties
Toch kreeg Kimberley niet van iedereen de reactie die ze op dat moment nodig had of waar ze op hoopte. "Mijn ex-vriend reageerde heel naar. Hij zei dat een man nooit zoiets zou doen en vroeg of ik het misschien had uitgelokt", vertelt Kimberley. "Ook vroeg hij waarom ik überhaupt met mijn collega mee naar huis ben gegaan."
Uit onderzoek blijkt dat 75 procent van de slachtoffers van seksueel geweld te maken krijgt met dit soort reacties. Dit wordt ook wel victim blaming genoemd, buitenstaanders wekken dan bij het slachtoffer de indruk dat hij of zij het strafbare feit zélf had kunnen voorkomen. Dit kan er volgens Kimberley toe leiden dat slachtoffers aan zichzelf gaan twijfelen, onzeker worden of niet naar de politie durven te stappen. "Zelf had ik hier ook moeite mee", legt ze uit. "Toen ik bij de politie zat om aangifte te doen, zei ik ook steeds 'sorry'. Alsof ik de dader iets ergs aan deed met aangifte. Terwijl hij míj juist iets ergs heeft aangedaan!"
'Wat kan mij helpen?'
De Rijksoverheid is de campagne 'Wat kan mij helpen?' begonnen om mensen te informeren over het probleem van victim blaming. En dat is nodig, vindt Kimberley. "Mensen bedoelen het vaak helemaal niet verkeerd, maar ze moeten beseffen dat het niet hun taak is om dat soort vragen te stellen als iemand over een heftige, persoonlijke ervaring met seksueel geweld vertelt."'
Toch beaamt Kimberley dat het altijd lastig zal blijven om als slachtoffer te reageren op vervelende vragen van buitenstaanders. In de korte documentaire, die Sunny Bergman maakte voor campagne, wordt het fenomeen victim blaming aan de kaak gesteld bij buitenstaanders door samen met de slachtoffers het gesprek over victim blaming aan te gaan. "Ik kon er tijdens die opnames niet bij zijn. Daar was ik achteraf wel blij om", stelt Kimberley. "Toen ik de beelden terugzag, dacht ik: Hoe durf je zoiets te vragen? Ik zou op dat moment helemaal uit het veld geslagen zijn als iemand mij dit soort vragen zou stellen."
Steun en begrip
In veel gevallen gebeurt victim blaming niet bewust. Maar het kan wel nare gevolgen hebben, volgens Kimberley. "Ik snap dat mensen vragen hebben. Het is logisch dat je dingen wil weten." Ze legt uit dat het ook een manier is voor mensen om te duiden wat er gebeurd is. "Maar op dat moment heeft iemand juist steun en begrip nodig." Op de vraag wat ze mensen in zulke situaties wil meegeven, geeft Kimberley een duidelijk antwoord. "Denk na over wat je zelf zou willen horen in zo’n situatie", adviseert ze. "Als je niet weet wat je moet zeggen, zeg dan maar niets."
Kimberley vindt het belangrijk om bij zoveel mogelijk mensen haar verhaal te blijven doen. Ze hoopt dat dit andere slachtoffers aanspoort om naar hun eigen gevoel te luisteren en om ook naar de politie te stappen. "Ik hoop uit de grond van mijn hart dat als er mensen zijn bij wie dit gebeurt ze aangifte durven te doen." Daarnaast benadrukt ze hoe belangrijk het is dat mensen weten bij wie ze hulp kunnen krijgen. Met de campagne van de Rijksoverheid wordt de drempel om hulp te krijgen volgens haar verlaagd. Het is nu makkelijker voor slachtoffers om contact te krijgen met de juiste instanties.
Kleine stapjes
Inmiddels gaat het steeds beter met Kimberley. Ondanks het feit dat ze het bijvoorbeeld nog steeds moeilijk vindt om naar nieuwe plekken te gaan, voelt ze zich naar omstandigheden steeds beter. "Het zijn kleine stapjes. Maar het is een stijgende lijn", legt ze uit. "Ik hoop dat ik door mijn verhaal te doen anderen kan kan helpen." Ze gaat verder: "Iemand waarschuwde me er na het zien van de documentaire voor dat ik niet te veel interviews moest doen. Dan zou ik 'dat meisje dat verkracht is' worden. Toen dacht ik: Maar dat bén ik ook! Het is hartstikke belangrijk dat hierover gepraat wordt en dat blijf ik dus ook doen."
Bron: Mediapartner Rijnmond