Op alle eerste hulpafdelingen van de ziekenhuizen in Nederland is het veel minder druk dan normaal. Dat wil zeggen, dat er veel minder mensen komen met niet-corona-klachten. Dat is deels te verklaren: er zijn minder ongelukken doordat er bijvoorbeeld minder wordt gesport en minder verkeer is.
"Het aantal sportletsels dat op de Spoedeisende Hulp moet worden beoordeeld is echt fors, fors minder", zegt Van der Velden, voorzitter van de Nederlandse vereniging van Spoedeisende Hulpartsen en SEH-arts in het Albert Schweitzer ziekenhuis, in een interview met de NOS.
"Er wordt niet meer gesport in groepsverband, en met name bij sporten in groepsverband zien we de problemen van. Verkeersongevallen zijn er inderdaad ook minder."
Bang om te komen?
Maar de artsen op de spoedeisende hulp maken zich zorgen over de mensen die wel klachten hebben, maar zich niet melden. Ze zijn bang dat problemen niet op tijd worden opgelost en dat het tot zwaardere klachten leidt.
"Van bepaalde ziektes verwacht je dat het niet minder wordt in een periode als dit. We verwachten dat die mensen er wel zijn. Klachten van bijvoorbeeld pijn op de borst, beroertes of buikklachten die passen bij een blindedarmontsteking. Daarvan verwacht je dat dit niet minder wordt in tijden van corona. Die zouden we wel op de SEH verwachten, maar die zien we niet."
Of die mensen niet komen omdat ze bang zijn om naar het ziekenhuis te komen vanwege het coronavirus of omdat ze bang zijn de zorg teveel zouden belasten, dat durft Van der Velden niet te zeggen.
"We zouden graag willen dat mensen niet bang zijn om naar het ziekenhuis te komen vanwege corona. Die klachten kunnen ernstig zijn en moeten wel beoordeeld worden door een arts. Natuurlijk zijn we druk met de bestrijding van corona, maar ook de gewone spoedzorg leveren wij."