“Verschillende dieren, insecten en bomen hebben best veel last van de droogte gehad,” vertelt boswachter Blom. “En zo’n koud en nat voorjaar brengt daar geen verandering in.” Gerrit Slijkhuis beaamt wat de boswachter vertelt. Met hem sta ik bij het Johannes Vis-gemaal, aan de rand van de Nieuwe Dordtse Biesbosch. Daar ligt het Noorderdiep. “In 2018 kon je daar van de ene naar de andere kant lopen. Dat water is voor ons van belang om dat water ook te kunnen inlaten in onze polders. Het water verdampt in de zomer en we moeten dat op peil houden. En dat was toen wel een probleem.”
Het grondwater en het oppervlaktewater is inmiddels wel weer op peil. Door de aanhoudende westenwind op zee, kunnen de rivieren het vele regenwater niet kwijt. Maar volgens de boswachter heeft dat ook weer zo z’n voordelen; de natuur ziet er weer veel groener uit. “Het voorjaar bruist. De insecten nemen toe, de vogels nemen toe en de bomen nemen het water goed op, dus voor de Biesbosch is het goed. Ondanks dat het dan wat koud is voor de tijd van het jaar. Maar een nat voorjaar redt niet de afgelopen vier voorgaande droge jaren.”
In de nieuwe Dordtse Biesbosch hebben ze een manier bedacht om slimmer met het water om te gaan. Het wordt daar grotendeels opgevangen en kan via de Nieuwe Merwede uiteindelijk door onder andere de landbouw worden gebruikt. Volgens Harm Blom is het ook goed om daar weer van te leren.
Volgens Gerrit Slijkhuis van het Waterschap gaat het op dit moment prima. “Wij kunnen deze situatie prima aan. Het is misschien minder fijn voor hen die nu meivakantie hebben, maar voor het peilbeheer is het prima.”