Stevens is al vele jaren gemeenteraadslid en tegenwoordig fractieleider van de PvdA, maar een zwijgplicht van haar werkgever maakte het onmogelijk om zich in de politieke arena over over de (wan)toestanden uit te spreken. Stevens was onder meer teammanager en zegt dat door de transitie “bestaande kennis en kunde overboord gegooid” werd.
De transitie leidde volgens haar tot targets, productie en heel veel bureaucratie: “De inhoudelijke kwaliteit werd ondergeschikt gemaakt aan kwantiteit. De druk”, zegt zij; “die er rust op de uitvoerenden in jeugdzorg is onevenredig groot. De Jeugdteams staan onder druk, de case load is te hoog, de werkers zijn kwalitatief onvoldoende toegerust. Veelal te jong voor de zware problematieken waar ze mee te maken krijgen. Met ziekteverzuim tot gevolg.”
Ook worden medewerkers met bedreigingen geconfronteerd, weet zij zelf uit ervaring. Stevens werd zelf ooit eens gegijzeld. Maar ook breekt zij een lans voor de werkers in de Jeugdzorg. Medewerkers mogen zelf niet de andere kant van het verhaal vertellen over de situaties die de publiciteit halen Hierdoor ontstaat er ook een vertekend beeld die de buitenwacht er van krijgt.
De politiek, zowel landelijk als lokaal, draagt voor de ontstane chaos verantwoordelijkheid, vindt Stevens: “Men kijkt niet naar het hele proces van de jeugdhulpverlening. Er wordt gesproken over onderdelen ervan en overziet niet de onderlinge samenhang. Die samenhang was er wel in het oorspronkelijk proces.”
“Niet dat er daar geen verbeterpunten waren, maar de samenhang ervan was in het voordeel van het kind en gezin. Natuurlijk zijn uithuisplaatsingen niet altijd te voorkomen en crisissituaties zullen er altijd zijn”, zegt zij: “Maar zoals het nu gaat valt dit niet te verwijten aan de Jeugdteams maar aan het systeem waar de inkooporganisaties niet van toegevoegde waarde zijn.”
“Juist die organisaties bepalen eigenlijk waar men wel of niet gebruik van mag maken, in plaats van het kind centraal te stellen in de beoordeling. Nu komen kinderen, omdat de vroegsignalering onvoldoende op orde is, vaak te laat in de juiste vorm van hulpverlening. En daardoor via een uithuisplaatsing in een Gesloten Instelling terecht.”
Stevens pleit ervoor om de jeugdzorg weer terug te brengen onder centrale regie, landelijk of bij de provincie. En om kennis en kunde weer te bundelen. In het voordeel van het kind en ouders.