Voor de zitting waren een aantal partijen uitgenodigd. De verantwoordelijke wethouders van de betrokken gemeenten, reizigersorganisaties als Rover en Rodag, de vakbonden en de ondernemingsraad van Qbuzz werden gehoord. En natuurlijk Qbuzz.
Uit de vergadering kwam het beeld naar voren dat op een flink aantal punten sprake was geweest van verkeerde inschattingen.
Zo bleken de elektrische bussen die in Dordrecht werden ingezet onvoldoende uitontwikkeld en onvoldoende getest te zijn. Maar ook de in- en uitcheckapparaten werkten bijvoorbeeld niet goed.
De organisatie werd oorspronkelijk vanuit het OV-bedrijf Utrecht aangestuurd, waardoor onvoldoende op plaatselijke problemen werd ingespeeld.
Door problemen met het materieel moeten ook vaak meer bussen en dus ook meer chauffeurs worden ingezet. Aan beide is nog steeds een tekort.
De ingevoerde kwartierdienst op de MerwedeLingelijn heeft meer reizigers gelokt, maar overvolle treinen zijn het gevolg.
Er is onvoldoende geanticipeerd op de aanhoudende groei van het openbaar vervoer.
De aanloopproblemen veroorzaken ongeveer de helft van het verlies over 2019 van 5,9 miljoen en de andere helft is te wijten aan de hogere uitvoeringskosten. En dat voor de kleinste concessie van Qbuzz in Nederland.
Overigens werd ook verantwoordelijkheid gelegd bij de provincie. Een flink deel van de vertragingen wordt veroorzaakt door gebreken in de infrastructuur. Daar zou de provincie iets aan kunnen doen door aanleg van busbanen en vrije rijstroken langs snelwegen. Ook bij de trein is uitbreiding van de infrastructuur noodzakelijk. Groei is door enkelspoor en korte perrons nu niet mogelijk.