Het gaat om een landschap uit 1871 met Molens bij Dordrecht van de Franse schilder Charles-François Daubigny (1817-1878), een werk van Ina van Zyl (1971) en een recent werk van Robert Zandvliet (1970). Het laatste schilderij is een schenking van de Bedrijfsvrienden van het museum. Met deze aanwinsten zet het museum van zes eeuwen schilderkunst het door Schoon ingezette beleid voort om de collectie te versterken met internationale accenten en om met aanwinsten van belangrijke hedendaagse kunstenaars te laten zien dat de schilderkunst nog altijd springlevend is.
Terugkijkend is Peter Schoon dan ook vooral trots op de versterking van de collectie 19de-eeuwse schilderkunst in het Dordrechts Museum. Daarnaast heeft hij zich zeer sterk gemaakt om te zorgen dat er nu schilderijen van Gainsborough, Turner, Boudin, Ziem, Boggs en anderen in het Dordrechts Museum te zien zijn. Het was altijd zijn wens om een schilderij van de Franse voorloper van het impressionisme, Daubigny, aan de collectie toe te voegen.
Daubigny
Tijdens het afscheidssymposium op 28 april werd Molens bij Dordrecht onthuld, een schilderij dat prachtig aansluit bij de gezichten op Dordrecht van Jongkind en Boudin, vrienden van Daubigny, die sinds de door Schoon georganiseerde tentoonstelling Dromen van Dordrecht (2005) actief verzameld zijn. Het is een grote olieverfschets die Daubigny in 1871 in de buurt van Dordrecht vanaf het water schilderde. In een brief beschreef Daubigny hoe hij een bootje had gehuurd om op de Maas de molens van Dordrecht te schilderen. “Dit schilderij is een van de resultaten. Het is los en vlot geschilderd, het schilderplezier spat er vanaf. Deze aankoop is de eerste 'Hollandse' Daubigny in een Nederlandse museumcollectie.”