De spreidingswet – een onlangs aangenomen wet die regelt dat gemeenten verplicht asielzoekers moeten opvangen – speelt geen rol in het besluit om driehonderd asielzoekers op te vangen in een hotel. "Wij waren dit al van plan om te doen. We liepen achter vanwege praktische redenen. Nu is er het aanbod van een hotel en kunnen we driehonderd asielzoekers opvangen", zegt Haan.
Hij is blij dat Zwijndrecht een bijdrage kan gaan leveren aan de opvang. Ook verantwoordelijk wethouder Kreukniet heeft een goed gevoel. Al begrijpen beiden dat er zorgen zijn onder de inwoners.
Signalen worden meegenomen
Daar is de informatiemarkt ook voor bedoeld, de plek waar Haan en Kreukniet positieve en negatieve reacties horen. "Vooral angst en vragen: 'Kan mijn kind nog wel alleen naar de supermarkt?'", zegt Kreukniet. Volgens de wethouder heeft dat luisteren een reden, want de signalen worden meegenomen in de definitieve besluitvorming.
Een aantal omwonenden is niet tevreden met de antwoorden die ze krijgen. "Over wat voor personen er komen werd niet heel veel duidelijk", zegt buurtbewoonster Femke. "Ze laten doorschemeren dat het vooral mannen zijn."
Ook omwonenden Naomi geeft aan dat de informatiemarkt ze niet heel veel verder heeft geholpen: "Ze kunnen de zorgen niet echt wegnemen." Een derde vrouw geeft aan niet blij te zijn met de komst van een azc, maar snapt ook dat dit nodig is: "We moeten het afwachten en niet op voorhand al zeggen: 'Verschrikkelijk, dit en dat.'"
Geen Ter Apel
Voor toestanden zoals in Ter Apel hoeft Zwijndrecht zich niet op te maken, zegt zowel burgemeester Haan als wethouder Kreukniet. "Nee. Daar kan ik kort over zijn", zijn de woorden van Kreukniet. Ook Haan is er duidelijk in: "Geen Ter Apel."
De burgemeester van Zwijndrecht somt zijn ervaringen in Maassluis op, waar hij eerder burgemeester was. "Daar was één incident in drie jaar. Eigenlijk ging alles goed. Het zijn normale mensen, weet u, en die doen net zo normaal als wat wij doen."
Volgens Haan gaat het grootste gedeelte van de driehonderd asielzoekers 'gewoon werken'. Een ander deel gaat volgens de burgemeester naar school of naar de bibliotheek om Nederlands te leren.
De twee bestuurders benadrukken allebei dat ze de komst van zoveel asielzoekers niet willen bagatelliseren: "De angsten snappen we wel, maar we denken dat we het heel goed kunnen organiseren", zegt Kreukniet. Hij vertelt ook dat er een klankbordgroep komt waarin gesprekken worden gevoerd met betrokkenen over wat er gebeurt rondom het asielzoekerscentrum.
Spannend
"Als wij normaal tegen ze doen, doen ze normaal terug", besluit burgemeester Haan zijn verhaal. Toch blijven de omwonenden vol vragen zitten, ook al begrijpen ze dat het nodig is. "Ik gun mensen een plekje, maar ik vind het wel spannend."