Ja, Tessa moest wennen in haar eerste weken op het Vogelplein. Daar is ze eerlijk over. Ze volgt de opleiding Sociaal-Maatschappelijk Dienstverlener en daar ging het allemaal toch wat anders. "Normaal zit je achter een tafel en komt er iemand naar je toe en die vertelt zijn of haar probleem. Daar ga je dan verder mee helpen. Hier moest ik naar mensen toe die een bakje zaten te drinken. Dan maak je een praatje en hoor je soms na een tijdje pas hoe het echt gaat. Of hoor je het ware verhaal de keer erna. Dat zomaar op iemand afstappen was in het begin wel even een drempel waar ik overheen moest."
Die makkelijke praatjes en soepele omgang waren nou juist waarvan ik (44) van onder de indruk was bij de 19-jarige. Het Vogelplein heeft - of had in ieder geval - rauwe randjes met overlastgevers en alcoholproblematiek. Armoede is er ook, weet ik van de vriendjes en vriendinnetjes van mijn kinderen die in de Vogelbuurt op school zaten. Maar ik weet ook hoe gezellig het kan zijn en hoe mensen bij de kassa van de buurtsuper weer helemaal bijpraten.
Tussen dat alles beweegt Tessa heen en weer met cappuccino, gemberthee en frambozenlimonade en waar nodig een goed gesprek. Hoe ze de drempel overkwam? "De container uit en op de mensen af. Beginnen over het weer, dat is altijd goed."
Ik woon nu zelf een kleine twee decennia in de buurt en zag Het Vogelnest vijf jaar geleden verschijnen. Eerst in een slooppand, daarna in de container. Zo af en toe nam ik wel eens een collega of kennis mee van buiten de stad voor een bakje tussen de 'gewone man en vrouw', in plaats van op een gelikt terras in het centrum. Dat was zonder uitzondering een succes. Op een mooie dag is het Vogelplein kleurrijk en levendig en staat er een rij voor de Turkse bakker. Kinderen vermaken zich - die van mij ook ooit - op het springkussen en voor één euro koop je een 'buurtbakje', een kop koffie voor de persoon na je die het even niet kan missen. Feelgood.
'Echte verhalen'
Van het buurthuis-gedeelte ben ik me als cappuccino-sojamelk drinkende bewoner altijd wat minder bewust geweest. Dat krijg ik te zien als ik mijn eerste dagen meedraai met Esle, Tom, Ifor, Tessa en de andere mensen van Het Vogelnest. Zo is er iemand die zo goed als jaren achterloopt met de administratie. Er is verder op verzoek en met de beste bedoelingen identiteitspapieren opgestuurd naar mogelijke kwaadwillenden in een ver buitenland. Dat vraagt om snelle actie. Er zijn buurtbewoners met gaten in hun kleding en geen geld om te shoppen. Voor hen is daar Sashi met haar naaimachine als redder in nood. Er is de geef-kast die spullen van bewoners neemt en weer geeft. Er is ook een handig mannetje die alles met een stekker kan repareren, zoals vandaag het een kapot broodrooster.
Terwijl ze in de opening aan de zijkant van de container staat, zegt Tessa: "Ik vind vooral deze kant leuk, de koffie-to-go. Hier hoor ik de echte verhalen en kan ik soms wat doen. Op het terras is dat vaak wat afstandelijker. Daar zitten ze vaak al samen of lezen een boek. Het terras is echt puur het horeca-gedeelte." Wat bleef haar bij van die 'to-go'-gesprekken? "De man die te horen kreeg dat hij kanker had. Mijn moeder is daar net van genezen. Ik zeg: ik begrijp héél goed in welke situatie je je bevindt. Zijn vrouw en hij bleken er hetzelfde in te staan als wij als gezin. Doen we wat je kunt en er verder zo nuchter over zijn."
Een bezoeker verwoordt het mooi: Het Vogelnest is populair, omdat het niet op een instituut lijkt. Die laagdrempeligheid van een bakje en een praatje doet het hem. Er zijn veel vrijwilligers uit de buurt actief. De een bakt een taart en ander kookt soep voor de buurt. Daarom overweegt de gemeente Dordrecht ook het concept door te zetten naar andere plekken. Ook vanuit de rest van Nederland is er belangstelling.
Tessa brengt een bestelling naar een vaste groep bezoekers. Mannen, zestigers en vermoedelijk al met een stevig leven achter de rug. "Iedereen heeft zijn krassen en deuken uit het verleden. Bij de één zie je dat wat beter dan bij de ander." En dit is juist de reden waarom Tessa na haar stage nog even blijft plakken als vrijwilliger. "Ik wil gaan werken met mensen met trauma's. Bij Defensie, mensen met oorlogstrauma's of in de gevangenis, met gedetineerden. Dat had ik al als kind. Iemand willen helpen die iets ergs heeft meegemaakt.
Daarvoor moet je contact kunnen maken. Maar hoe voer je echt een gesprek met iemand?", vertelt ze even terug achter de koffiemachine in de container. "Ik denk niet dat Het Vogelnest die hele droom gaat waarmaken, maar het is wel een mooie opstap. Je leert hier wel met iedereen praten."
Rijnmond-verslaggever Maurice Laparlière loopt deze zomer mee in Het Vogelnest. Hij zal op regelmatige basis verslag doen van het lief en leed dat hij daar meemaakt. Het Vogelnest bestaat nu vijf jaar. De gemeente Dordrecht is dermate enthousiast over het laagdrempelige buurthuis, dat het op meer plekken een sociaal koffiehuis overweegt.