Per 1 augustus geldt een gedeeltelijk verbod op gezichtsbedekkende kleding in Nederland. Op scholen, in het openbaar vervoer, en in openbare gebouwen geldt het verbod, dat niet alleen geldt voor boerka-draagsters. Ook integraalhelmen, maskers of bivakmutsen vallen onder het verbod. Uitzondering wordt gemaakt voor noodzakelijke werkkleding (zoals lasmaskers) of feestkleding tijdens feestdagen (carnavalmaskers).
De Dordtse VVD is het met de stemmers op de poll eens. De partij wil dat burgemeester Wouter Kolff in gesprek gaat met het bestuur van het ziekenhuis om ervoor te zorgen dat er wel wordt gehandhaafd. Hoewel het Albert Schweitzer ziekenhuis niet gaat controleren, moeten patiënten wel tijdens het contact met de behandelaar hun gezichtsbedekkende kleding verwijderen.
Hun identiteit moet niet alleen vastgesteld kunnen worden, ook medische onderzoeken en behandelingen mogen niet gehinderd worden en de behandelaar moet kunnen beoordelen of de patiënt de informatie goed begrijpt.
Het verbod is geen verplichting voor instellingen om gezichtsbedekkende kleding te verbieden of erop te handhaven. Maar medewerkers van betreffende instellingen mogen vanaf donderdag aan dragers van die gezichtsbedekkende kleding vragen om hun gezicht vrij te maken of het gebouw te verlaten.
Als mensen weigeren te vertrekken, kan de politie worden ingeschakeld. Die kan een persoon verwijderen en eventueel ook een boete van 150 euro kan opleggen. De vervoerders in het openbaar vervoer hebben al laten weten geen passagiers te weigeren of laten verwijderen.
Het aantal vrouwen dat in Nederland rondloopt in een boerka of nikab wordt geschat op enkele honderden.